Requiem: Hoofdstuk 16
16
Hij had al vijf kopjes
thee of yunomi ocha uit de kyûsu, de typische Japanse theepot
gegoten. Zijn keuze viel zoals altijd op de voor hem lekkerste theesoort, de gyokuro. Een thee die water vereiste van
rond de 55 graden, veel minder heet dan andere soorten. Vijf kopjes was voor
hem niet echt veel. Thee was voor hem telkens weer een nieuwe ontdekking.
Ergens binnen in zijn hoofd, in een kamer die nauwelijks toegankelijk was klonk
soms een ander woord door. Iets anders dan thee, zuiders en zwart, zo zwart als
de zielen van de zondaars. Hij las het woord koffie in zijn gedachten en het zei
hem helemaal niets, hij zou er nooit van proeven. Cha, het Japanse woord voor thee vooraan verlengd met de o
betekende letterlijk en figuurlijk voor hem ‘uw eerbiedwaardige thee’. Hij kon
er niet genoeg van krijgen.
Zonder het te beseffen
wist hij niet waar hij deze feiten ooit had geleerd, maar blijkbaar kon hij
veel omtrent thee en het theezetten vertellen. De feiten doken zomaar op uit
zijn geheugen. Een van die feiten was dat vele theesoorten meestal van dezelfde
plant kwamen, namelijk de Camelia
Sinensis en dat de verschillende variëteiten ontstonden door de hoeveelheid
zon die de plant kreeg. Ook de pluk van de blaadjes in diverse seizoenen kon
juist om die reden een proefbaar smaakverschil doen ontstaan. Zelfs ná de pluk
konden bij de fermentatie, een enzymatisch oxidatieproces, nog verschillen in
de smaak optreden en dit naargelang de hoeveelheid sappen die men uit de
blaadjes haalde. De fermentatie werd gestopt door de ketel waarin alles gebeurt
te verhitten of er stoom aan toe te voegen.
Maar dat was nog niet
alles. Wanneer men dit in een vroeg stadium deed, bekwam men de ‘sencha’, een zeer lichte gefermenteerde
thee. Men had ook nog de ‘bancha’
waarbij de blaadjes in de nazomer werden geplukt. Deze thee is dan ook meestal
een minder geapprecieerde soort. De gyokuro daarentegen, een duurdere
theesoort, waarvan de plant het best gedijde in de schaduw of in een minder
lichtrijke omgeving en waarvan de eerste blaadjes van de lenteoogst werd
gebruikt, was zijn persoonlijke favoriet.
Voor deze soort gebruikte
je meestal twee eetlepels blaadjes op
een hoeveelheid van 120 milliliter water, maar je kon met dezelfde hoeveelheid
theeblaadjes meerdere malen thee zetten. Je had ook ‘genmaicha’ een mengsel van theeblaadjes en geroosterde bruine rijst en ‘hôjicha’ een soort die bestond uit
theeblaadjes die men roostert. Voor de Japanse theeceremonie, bij iedereen
welbekend, werd echter een soort poederthee gebruikt. Men heette deze ‘matcha’. Allemaal ronkende namen die
voor hem als het ware geen geheimen meer hadden.
Het waren allemaal weetjes
die door zijn hoofd maalden terwijl hij luisterde naar de gesprekken in het
hotel Oji aan de overkant. Hij was veel te weten gekomen in een korte tijd. Het
groepje van twee was verdubbeld en zijn stemmen hadden hem nieuwe instructies
gegeven.
Deze mensen zijn onze vijanden. Onze vijanden zijn ook jouw vijanden!
Ze zijn gevaarlijk en kunnen onze veiligheid in gedrang brengen. Je zal ze één
voor één moeten uitschakelen. Ze steken hun neus in zaken die alleen voor
ingewijden zijn. Zaken die enkel bestemd zijn voor jou, onze Engel en voor ons.
Luister goed naar hen, probeer te weten
te komen hoever ze met hun onderzoek staan en schakel ze dan uit. Jij alleen
bent de uitverkorene. We rekenen op jou. Zoals altijd.
Hij voelde zich goed en
gerustgesteld als hij de stemmen hoorde. Daarom bestelde hij nog een kyûsu gyokuro.
Enkele kopjes thee zou het nog wel duren vooraleer hij in actie kon komen en
indien nodig was het toilet heel dichtbij.
……..
Markus Moore, Clint
Ellory, Walter Fallon en Jack Sterlington zaten samen in de kamer in De Kelder.
Ze waren, de een al meer dan de ander,
gefrustreerd vanwege de groepsvorming in het Oji Hotel. Dat de Veiligheidsdienst
een onderzoek voerde naar de moordaanslagen, het was hun job en langs die kant
vreesde Jack Sterlington niet veel. Maar vier gewone burgers, waarvan drie
personen dan nog van de Nieuwe Wereld was iets nieuws voor hem.
‘Ik had het liever
niet gehad, maar de senator heeft bevolen dat Stephen March moet verdwijnen.
Hij heeft verdomd veel eigenschappen geërfd van zijn vader, dat mag je wel
zeggen. Weet je wat ze zei?’
De stilte die volgde
deed hem automatisch verder vertellen. Blijkbaar zagen zijn compagnons dat de
beslissing van de senator naar wie hij refereerde hem niet echt blij maakte.
‘Daarom moet hij hetzelfde
lot ondergaan.. Waarbij ze onbewogen eraan toevoegde dat een schielijk
overlijden ten gevolge van een ongeval, jammer voor ons diplomatiek corps zou
zijn. Maar mensen zoals de heer March met een lange neus waren een bedreiging
voor haar plannen. En misschien niet alleen een bedreiging voor haar maar ook voor
ons saldo op onze bankrekening.’ Hij
stopte even en zag de impact van zijn uitleg. ‘Dat waren letterlijk haar
woorden Heeft iedereen dit goed begrepen?’ Jack Sterlington keek even rond. ‘We
zullen er het beste moeten van maken, wat kunnen we anders?’ Zelf Clint die nu
met de helm opzat, knikte met enige aarzeling bevestigend.
Jack Sterlington keek
bezorgd naar het scherm. De senator was een vrouw en had veel invloed in de
politieke wereld. Ergens had Jack respect voor de geslepenheid van de senator.
Een project op poten zetten zoals ‘Michael’ zonder dat zijn omgeving en haar
collega’s daarvan op de hoogte waren, je moest het maar doen. De senator wist
veel van Jack en zijn team en over hun verleden, maar dat stoorde hen niet. De
senator was niet onsterfelijk.
Jack Sterlington was
het gewoon bedreigd te worden door machtige mannen en vrouwen. Het was zijn
beroep en zonder die constante kick van het gevaar zou hij niet kunnen leven. Daarom
nam hij iedere dreigement dan ook met het gepaste respect ter harte en zou hij
ten gepaste tijde daarop met de nodige acties reageren. Als het nodig was zou hij
ook de sporen van het team kunnen uitwissen, zelf als die zouden leiden naar
een belangrijk senator van de Verenigde Staten van de Westerse Gemeenschap.
……..
De moordenaar in het
wit met bloed doorweekt gewaad kwam een moment heel dicht in close-up. Donkere
ogen keken onbevreesd en arrogant in de lens. Het waren de ogen van een
waanzinnige, schoot het door mijn gedachten. Ik veronderstelde dat hij de
opnameapparatuur bijstelde, want wij hoorden nu duidelijk een gesteun en gekreun.
Het was Suzy Chang die in haar toegetakelde toestand door de knevel heen
onverstaanbare woorden probeerde te spreken. De tranen liepen over haar wangen.
Zij was over haar
ganse lichaam met snijwonden gekerfd waaruit het bloed in kleine stroompjes
over haar lichaam liep. Toen de man zich terug verwijderde van de camera zagen
we duidelijk het wapen in zijn hand. Hij bewoog het met een soort sierlijke
gratie. Niemand van ons twijfelde eraan dat hij het wapen ook met dodelijke
trefzekerheid kon hanteren. We zagen helaas het resultaat van zijn kunde op het
scherm.
‘Nihonto,’ fluisterde
Ji Lang onder de indruk van de man met het wapen. Ji Lang wist waarvan hij
sprak. Hij was naast Rode Cirkel in de Kami Akai ook een begenadigd meester in
het hanteren van de Nihonto. Ik had nooit de voorkeur gehad voor het gevecht
met een wapen. Mijn lichaam had aan zichzelf als wapen genoeg. We hoorden allen
ook op hetzelfde moment de achtergrondmuziek.
Hostias
et precis tibi, Domini
laudis
offerimus.
Tu
suscipe pro animabus illis,
quarum hodie memoriam facimus.
Fac eas, Domine,
de
morte transire ad vitam,
quam
olim Abrahae promisisti et
semini
eius.
Ik hoorde Gekko vertalen in het oortje. Woorden volledig uit hun
context gerukt. Een onmiskenbaar doodsvonnis dat uitgesproken werd voor de
vrouw op de achtergrond.
Wij dragen u offer en dankgebeden op, Heer
wil ze aanvaarden tot heil van de zielen
die wij heden gedenken.
Laat hen, Heer, van de dood
overgaan naar het leven,
zoals Gij eertijds Abraham en zijn
nakomelingen beloofde
Een rilling liep mij
over de rug, het was een van de lievelingsstukken van mijn ouders, het Requiem
van Mozart. God, wat een klootzak van een vent om zo’n mooi meesterstuk als
achtergrond te gebruiken voor een moord. Ik zou nooit meer die muziek kunnen
beluisteren zonder aan deze beelden te denken. Hij danste op de maat van de
muziek en zwaaide met zijn wapen voor de camera. Even verdween hij uit beeld,
maar dan verscheen hij plots weer en stopte midden in een van zijn gracieuze
bewegingen. We hielden werktuiglijk onze adem in. Hij kwam voor de camera staan,
zodat we zijn woorden duidelijk hoorden en hij het zicht blokkeerde op de
stervende Suzy.
‘Stephen March, ik
vervloek je! Vrees mijn toorn, want ik ben de rechter en de beul die alle
beloofde offers naar de Heer zal brengen. Luister naar mijn gebed, tot de Heer
zal al het vlees komen. Je bent zoals velen een bok tussen de schapen, net
zoals alle zondaars die zich over hun zonden berouwden en die ik daarom vergiffenis
heb geschonken in de dood. Zo zal ik ook
jou die mogelijkheid bieden. Enkel en alleen op het moment dat ik mijn zwaard
op je keel leg en je schreiend om genade zal smeken. Dan pas zal ik je naar het
licht leiden. Ik ben zijn Engel Michael en zal iedereen die het verdient in de
dood leiden naar het licht of… naar de hel! Als alle vervloekten uitgestoten
zullen zijn en in de vlammen vergaan, zal Hij mij tot de gezegenden roepen. Dat
is mij beloofd door de Wittel Engel.’
Hij verdween even uit
het beeld, het scherm viel een paar tellen uit. Een anticlimax waarin we
allemaal verbaasd naar elkaar keken. Toen kwamen de beelden terug en die
Michael zoals hij zichzelf heette, kwam wat verder links weer terug in zicht. Zwaaiend
en dansend in zijn macabere dodendans. Mijn gevoel zei dat er iets dat niet
klopte, maar hoe goed ik ook keek, ik kon er op dit moment de vinger niet op
leggen. Ik was te geschokt en mijn verstand was verstard door de
verschrikkelijke beelden.
Niettegenstaande het besef
van het onvermijdelijke, schrokken we toch nog alle drie toen hij de genadeslag
gaf aan Suzy Chang en het hoofd van haar romp scheidde. De camera nam alle
beelden genadeloos tot het bittere einde op terwijl de moordenaar weer uit het
beeld verdween en een poos later de camera inzoomde op het levenloze hoofd van
Suzy Chang. Het gemassacreerde gezicht vertrokken in een laatste schreeuw, een
schreeuw waarvan we alle drie getuige waren geweest, staarde ons beschuldigend
aan. De knevel was bij de doodslag afgevallen. De ogen gebroken, doorbloed. Er
werd uitgezoomd en het beeld werd zwart.
Niemand sprak een
woord. Eagle Eye zat met zijn handen voor zijn ogen en Ji Lang zat stokstijf
met de vuisten zo hard gebald, dat de knokkels van zijn handen wit trokken. Ik
weende stil. Zo een wreedheid!
Moesten wij die
beelden aan Stephen laten zien? Zou de hypnotische suggestie van Eagle Eye
voldoende zijn om geen trauma’s bij hem te veroorzaken. Wij waren zelf zo intens
geschrokken dat we tijd nodig hadden om dit te verwerken. Toch bleef er een
stem in mijn hoofd zeuren dat er iets niet klopte. Suzy Chang was dood en
vermoord, daar was geen twijfel over. Ik concentreerde mij op dat gevoel, dat
was mijn reddingslijn, mijn binding met de normale wereld, een wereld waar zo’n
waanzin geen plaats vond. Of toch? Het was Ji die als eerste de stilte verbrak.
‘Ik vermoord de
schoft. Als ik dat beest onder handen krijg dan, dan….’, hij kreeg gewoon van
woede en ontzetting zijn woorden niet gezegd. Eagle Eye nam zijn handen weg van
zijn gezicht. Ik zag dat zijn wangen vochtig waren. Hier was geen plaats voor
machogedrag. We waren getuige geweest van zo’n onmenselijk gedrag dat we dit
niet zomaar in een-twee-drie in een in een hoekje of een kamertje van ons hoofd
konden wegduwen.
Toen een stille stem
achter ons sprak, schrokken we ons allemaal rot. ‘Heb ik geslapen? Hoe lang heb
ik geslapen? Is de hypnose gelukt, Eagle Eye?’ Stephen stond in de deuropening
van zijn slaapkamer en wreef de laatste slaap uit zijn ogen.
copyright Rudi J.P. Lejaeghere
Reacties
Een reactie posten